"Ik zal nooit zwijgen" (Telegraaf, 18-11-2016)

Geert Wilders volgde twee dagen lang met verbijstering het betoog van het Openbaar Ministerie. Waanzin, vindt de PVV-leider de strafeis van 5000 euro boete. Vandaag zal zijn advocaat Geert-Jan Knoops terugslaan naar het Openbaar Ministerie en beargumenteren waarom Wilders absoluut geen straf verdient voor zijn minder-Marokkanen uitspraken uit 2014. De Telegraaf sprak met Wilders aan de vooravond van zijn verdediging.

Wat dacht u toen u het betoog van de officier van justitie aanhoorde?

„Ik vond het een ongelooflijk, demagogisch verhaal. Wie het betoog hoorde, dacht dat er een bank was overvallen. Of dat Karadzic terecht stond. Ik denk ook dat weinig mensen zich erin herkennen. Het raakt onze vrijheid van meningsuiting. Het OM beweert dat als je het over Marokkanen hebt, je het over een ras hebt. Ik denk dat niemand thuis dat snapt, wat je ook van mijn uitspraken vindt. Het komt er op neer dat als mensen het over Marokkanen hebben, ze racist genoemd kunnen worden. Dat heeft een grote impact, niet alleen op Geert Wilders, maar op heel Nederland. Ik heb nooit gezegd dat alle Marokkanen niet deugen, maar we hebben wél een Marokkanenprobleem in Nederland. Als je dat benoemt en je wordt in juridische zin als racist beschouwd, dan zijn mensen vogelvrij. Het kwalijke is dat dat de vrijheid van meningsuiting van een heleboel mensen raakt. Je benoemt iets, je geeft ook aan wat je ermee wil doen, je legt het ook uit en het wordt gecriminaliseerd. Ik denk dat we het moeten hebben over het oplossen van het Marokkanenprobleem en dat we niet de boodschapper van het nieuws moeten criminaliseren.”

U rept steeds van een politiek proces. Waar bleek dat uit?

„Weet wel dat na mijn uitspraken op de bewuste avond, het halve kabinet uitsprak dat het een schande was wat ik zei. En dat het niet door de beugel kon. Ze hebben er zo voor gezorgd dat het OM niet anders kon dan vervolgen. Tot minister Opstelten van Justitie aan toe, de baas van het Openbaar Ministerie! Maar denk ook aan premier Rutte, die in het Jeugdjournaal zat te verkondigen dat kinderen toch echt niet bang hoefden te zijn dat ze het land uit moesten. Alsof ik had gezegd dat Marokkaanse kinderen dat moesten! Daarom is dit een politiek proces. Ten eerste moet dit in het parlement worden besproken en niet in de rechtbank. Ten tweede hebben mijn politieke tegenstanders aan stemmingmakerij gedaan waardoor het OM niet anders kon dan vervolgen. Die officieren, die zogenaamd onafhankelijk zijn, zagen hun minister van Justitie, de premier, de minister van Buitenlandse Zaken en de vicepremier allemaal dingen zeggen waarna ze natuurlijk geen kant meer op konden.”

Zij hebben volgens u het proces daarmee geforceerd?

„Ja, dat houd ik staande. Het is een politieke afrekening. Het OM schermt met een begrip als onverdraagzaamheid, dat niet in de wet staat. Daar zal Knoops vandaag ook over betogen. Normaal is het zo dat je strafbaar bent voor dingen die in de wet worden benoemd. Het OM gebruikt nu sommige termen die niet eens in de wet stáán. Van nationaliteit wordt ineens een ras gemaakt! Dat heeft enorme gevolgen. En daarom is dit ook zo principieel voor mij. Hier moeten we verzet tegen plegen. Het stinkt van alle kanten!”

U zei gisteren meteen dat u zich niks van de strafeis gaat aantrekken. Hoe gaan we dat merken?

„Ik kan niet anders dan rekenen op vrijspraak. In het slechtste geval, bij een veroordeling, zal ik sommige dingen straks nog steeds zeggen. Maar dan in de Tweede Kamer, waar ik immuniteit heb. Heel veel Nederlanders hebben die niet. Die zullen misschien niet iedere dag een zaaltje toespreken, maar moeten wel over het Marokkanenprobleem kunnen praten. Als het OM zijn zin krijgt, moeten die straks oppassen wat ze gaan zeggen en hoe ze het gaan zeggen. Anders worden ze nog voor racist of weet ik wat uitgemaakt. Het ’probleem’ verschuift wat mij betreft bij een veroordeling gewoon van een zaaltje naar de Tweede Kamer, waar ik immuniteit heb en waar niemand me juridisch kan pakken. Maar voor heel veel Nederlanders komt zo het grote goed van de vrijheid van meningsuiting in het geding. Het zijn Turkse toestanden. In dat land wordt de oppositie ook de mond gesnoerd. Daar doet Erdogan het, hier gebeurt het onder de verantwoordelijkheid van de premier van Nederland.”

Waar u nu voor bent aangeklaagd, zal u dus bij wijze van spreken morgen gewoon weer roepen in de Tweede Kamer?

„Ik kan niet anders. Daarvoor heb ik de PVV opgericht. Het punt dat ik wil maken is dat je als politicus, maar ook als burger, in Nederland dingen vrij moet kunnen bespreken. Zolang je niet aanzet tot geweld.”

Wat vindt u van de precieze strafeis, een boete van 5000 euro?

„Het gaat mij om de veroordeling. Ze hadden ook vrijspraak kunnen eisen, zoals ze de vorige keer hebben gedaan. Het is teleurstellend en een waanzinnig belachelijke strafeis. Ik denk dat het Openbaar Ministerie hier ook echt heel grote spijt van krijgt. Het is niet uit te leggen. Mensen zullen dit niet snappen en niet accepteren.”

Wat verwacht u dat uw advocaat vandaag bepleit?

„Ik verwacht dat hij een heel sterk pleidooi houdt, gekoppeld aan de vrijheid van meningsuiting. Niet alleen om mij vrij te pleiten, maar vooral ook voor die vrijheid van meningsuiting van alle burgers. Nederland is vogelvrij als dit leidt tot een veroordeling. Of het nou een boete is van één euro, van 5000 euro of 50.000 euro. Het gaat om de veroordeling. Ik zal nooit zwijgen. Ik blijf dingen benoemen, zoals over terreur, waardoor ik inmiddels al twaalf jaar lang met de dood wordt bedreigd. De terroristen hebben nu een bondgenoot gekregen in het Openbaar Ministerie. Dat wil ook op zijn manier, net als de terroristen, mij straffen en mij de mond snoeren. Het OM doet dat natuurlijk niet met moord en doodslag. Maar uiteindelijk zijn het bondgenoten, hoe cru dat ook is om vast te stellen. Dat kan toch niet de bedoeling zijn?”